100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Aantekeningen & Literatuursamenvatting Filosofie van de Bewegingswetenschappen $4.95   Add to cart

Summary

Aantekeningen & Literatuursamenvatting Filosofie van de Bewegingswetenschappen

  • Course
  • Institution
  • Book

Aantekeningen bij de hoorcolleges en bijbehorende literatuur (uitgebreid)

Preview 8 out of 129  pages

  • Yes
  • January 22, 2016
  • 129
  • 2015/2016
  • Summary
avatar-seller

Available practice questions

Flashcards 35 Flashcards
Free 4 sales

Some examples from this set of practice questions

1.

Waarin was Aristoteles het oneens met zijn leermeester Plato?

Answer: 1.Er bestaat een werkelijkheid die enkel ons universum is; 2.Dit universum wordt gekenmerkt door beweging (verandering); 3.Hij wil een verklaring geven voor deze tendens in ons universum. Kritiek van A op P: - De theorie van de vormen kan geen verklaring geven voor waarom de wereld veranderd (deze wereld is immers onveranderlijk). - Idee van aparte wereld is implausibel - Wereld ontdekken door observatie, niet alleen verstand.

2.

Wat was volgens Aristoteles de ultieme werkelijkheid? Waar bestaat deze uit?

Answer: De ultieme werkelijkheid is alle substantie. Substantie heeft vorm & materie (deze zijn niet te scheiden). Substantie is opgebouwd uit de 4 elementen, maar niet reduceerbaar tot deze bouwstenen.

3.

Was Plato\'s dualisme methodologisch of ontologisch?

Answer: Ontologisch; hij dacht dat het echt zo was.

4.

Uit welke drie delen bestaat de ziel volgens Plato? Met de ideeën van welke andere filosoof komt dit overeen?

Answer: 1. Ons verstand (ratio) 2. Onze wil (doorzettingsvermogen, moed); eigenlijk bepaald door hoe anderen ons zien. 3. Ons verlangen (lust) De wil komt overeen met Freud’s ego en verlangen met zijn id.

5.

Wat zijn de eigenschappen van Plato\'s materiële en ideeënwereld (6 per wereld).

Answer: De materiële wereld. - Waar we ons fysiek bevinden - Deze is veranderlijk - We leren erover met onze zintuigen - De wereld van het worden - Deze wereld is niet perfect - Opgebouwd uit de vier elementen: aarde, water, lucht en vuur. De ideeënwereld - In een andere dimensie - Deze is onveranderlijk - We leren erover met verstand (ziel) - De wereld van het zijn - Deze wereld is in metafysische ethische, en esthetische zin perfect - Geen bouwstenen, wel hiërarchie

Flashcards 30 Flashcards
$3.30 0 sales

Some examples from this set of practice questions

1.

Tot welke stroming behoort Democritus? Waar is hij bekend van?

Answer: Hij behoorde tot het materialistisch monisme. Hij was de grondlegger van de atoomtheorie.

2.

Waar is Borelli bekend van?

Answer: Een van de grondleggers van de biomechanica (De motu animalium) \"Spier is dood en bewegingsloos bij het ontbreken van een externe beweger\" \"oorzaak van beweging is de ziel\"

3.

Waar is Jacques de Vaucanson bekend van? Welke stroming?

Answer: Robotica, materialisme

4.

Waar is De La Mettrie bekend van?

Answer: L\'homme machine: Geen onderscheid tussen mens en dier. De mens is een zielloze machine --> \'gevaarlijke\' lectuur

5.

Wat zijn algemene kenmerken van het meterialisme?

Answer: - atomisme - causalisme - ontkenning principieel onderscheid mens/dier - hedonistische ethiek (genot=goed) - atheïsme - empirische kennistheorie - is verwant aan epifenomenalisme (subjectieve bewustzijn is volkomen machteloos bijverschijnsel van hersenprocessen) - sciëntisme (verabsolutering van het nat.wtsch. denken)

Flashcards 22 Flashcards
$3.30 0 sales

Some examples from this set of practice questions

1.

Welke twee lichaamsbeelden onderscheidt Tamboer? Wat houden deze in?

Answer: Substantieel lichaamsbeeld: - lichaam is niets meer dan de huid en wat daardoor omhuld wordt; - Plato/Descartes/Freud - gaat vaak samen met lichaam-geest dualisme Relationeel lichaamsbeeld: lichaam is onlosmakelijk verbonden met de wereld - fenomenologie - mens is een handelend wezen: om betekenis te geven aan de wereld. N.B. Volgens Tamboer is er niet één relationeel lichaamsbeeld, maar er zijn meerdere legitieme lichaamsbeelden

2.

Hoe maakte Tamboer gebruikt van Wittgensteins \'Family Resemblances\'?

Answer: Tamboer probeert te zeggen dat er niet één juiste visie op een relationeel lichaamsbeeld is: Wat er met een lichaam bedoeld wordt hangt af van de context. Wittgenstein maakte ditzelfde punt met de definitie van woorden: er zijn geen noodzakelijke voorwaarden van een definitie want een woord kan verschillende dingen betekenen in verschillende situaties zonder daarbij enige overeenkomsten te hoeven vertonen.

3.

Wat is het verschil tussen bewegen en handelen?

Answer: Alle handelingen zijn een combinatie van ingrijpen, wedervaren en inzicht, en kunnen niet enkel onderscheiden worden aan de lichaamsbewegingen die ermee gepaard gaan. Om handelingen te begrijpen moeten we daarom ook betekenis onderzoeken, niet enkel lichaamsbewegingen.Het gaat niet alleen om de losse beweging zelf: ook om inzicht, context, gewaarwording. Alle soorten handelingen gebruiken lichaamsbeweging, maar bij een bewegingshandeling staat de beweging centraal aan de betekenis van de handeling.

4.

Wat zijn volgens Tamboer drie noodzakelijke voorwaarden van een bewegingshandeling? Wat is hier ironisch aan?

Answer: 1. Primair op verplaatsen gerichte intentionaliteit 2. De omgeving wordt primaire omschreven als iets om zich in te verplaatsen 3. De verplaatsing wordt beschreven in tijd-ruimtelijke verhouding Het feit dat hij noodzakelijke voorwaarden aanhaalt is vrij ironisch aangezien hij eerst steunde op Wittgenstein’s idee dat er geen noodzakelijke voorwaarden bestaan.

5.

Welke soorten onderzoek gebruik je bij een substantieel en een relationeel lichaamsbeeld?

Answer: Substantieel: empirisch-analytisch (er wordt gezocht naar (oorzakelijke) verbanden, context is niet van belang) Relationeel: hermeneutisch onderzoek (context en betekenissen van het menselijk handelen)

Flashcards 17 Flashcards
Free 2 sales

Some examples from this set of practice questions

1.

Wat zijn de zes beweringen van de evolutietheorie?

Answer: 1. de gemiddelde genetische samenstelling van een soort veranderd met de tijd; 2. deze genetische veranderingen gebeuren over het algemeen geleidelijk; 3. Er is speciatie (afsplitsing van een nieuwe soort) in de natuur 4. Alle soorten levende wezens hebben een gemeenschappelijke afkosmt 5. Deze evolutie (bewering 1-4) wordt grotendeels veroorzaakt door het natuurlijke selectie mechanisme 6. Behalve natuurlijke selectie zijn er ook nog andere mechanismen die evolutionaire verandering teweegbrengen (genetische drift, kunstmatige selectie)

2.

Welke verschijnselen ondersteunen de evolutietheorie?

Answer: - Transitionele vormen - Rudimentaire kenmerken - Atavisme - Ons evolutionair verleden ligt opgeslagen in de ontwikkeling van baby\'s - suboptimale bouw - Flora en Fauna op oceanische eilanden is beperkt

3.

Noem vier conclusies die uit de evolutietheorie getrokken kunnen worden.

Answer: 1. Mensen zijn dieren 2. Mensen variëren 3. Mensen zijn suboptimaal ontworpen 5. Verklaringen voor gedrag en beweging moeten gezocht worden in (historische) functie

4.

Is de evolutietheorie bewezen?

Answer: Nee, in de wetenschap worden dingen nooit echt bewezen in de strikte zin van het woord. De evolutietheorie is een wetenschappelijke theorie: een verzameling aan beweringen over empirische regelmatigheden en verklaringen waar veel \'bewijs\' voor gevonden is.

5.

Wat is genetische drift?

Answer: Het toevalsproces wat de verspreiding van bepaalde genen beïnvloedt tijdens reproductie

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller MdG. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $4.95. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

94447 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$4.95
  • (0)
  Add to cart